Fact finding

Heb je wel eens van de fact finding opdracht gehoord? Tijdens een assessment kun je met deze praktijksimulatie te maken krijgen. Zoals de naam al doet vermoeden gaat het bij deze opdracht om het verzamelen van feiten. Wil je er graag meer over te weten komen? Lees rustig verder. Wij bieden je belangrijke informatie over dit onderwerp. Op deze pagina worden de volgende onderdelen behandeld:

Inhoudsopgave

Fact  finding opdracht 

De fact finding opdracht ken je misschien wel van naam. Het gaat over een nabootsing van een situatie (een praktijksimulatie) die je op de werkvloer tegen kunt komen. De opdracht is er om te kijken hoe je als persoon in de praktijk onder bepaalde omstandigheden handelt. Het is een ideaal meetinstrument om inzicht te krijgen in verschillende vaardigheden van de sollicitanten, zoals analyseren en oordeelsvorming.

Tijdens deze opdracht heb je ook te maken met een tegenspeler. De tegenspeler is onpartijdig en beschikt over verschillende feiten. Jouw doel tijdens de opdracht is feiten verzamelen. Je hebt daar je tegenspeler voor nodig. Door met je tegenspeler in gesprek te gaan en de juiste vragen te stellen, kom jij de feiten te weten. Je moet voor jezelf wel een duidelijk beeld hebben van wat jij wilt weten. Als je daar een goed beeld over hebt, dan kun je goede vragen bedenken om achter de benodigde informatie te komen. Alle informatie heb je nodig om later een goede beslissing te nemen of tot de juiste oplossing te komen van jouw opdracht. Dit laatste is niet het belangrijkste, de weg erheen, de manier waarop jij aan de informatie komt, wordt geobserveerd en aan de hand daarvan word jij beoordeeld.

Je krijgt eerst de tijd om de informatie te verzamelen en vervolgens ga je nadenken en een besluit nemen. De keuze die je maakt, moet je vervolgens toelichten aan je tegenspeler. Het zou kunnen zijn dat je tegenspeler niet onpartijdig is, deze kan namelijk ook deel uitmaken van het probleem dat je op moet lossen.

Fact finding beoordeling

Tijdens een fact finding opdracht word je beoordeeld op je vaardigheden. Er wordt gekeken hoe je feiten verzamelt, welke vragen je stelt, hoe je je opstelt tegenover je tegenspeler, hoe je tot een besluit komt en welke onderbouwing je gebruikt. Het is belangrijk dat je laat zien wat je kunt en wat je in je hebt. Zorg daarom voor:

• Een professionele en open houding. Niet je armen over elkaar, maar oogcontact maken en laten zien dat je interesse toont.
• Laat zien dat je luistert. Knik af en toe, kijk de ander aan en vraag door.
• Stel goede vragen. Het is belangrijk dat alle vragen die je stelt nut hebben. Wat wil je bereiken met je vraag? Gebruik duidelijke taal en zorg dat je geen twee vragen in een stelt. De tegenspeler moet namelijk direct duidelijk hebben welke informatie je nodig hebt.
• Vat regelmatig samen wat er is gezegd, zo laat je zien dat je de informatie wilt controleren. Je laat hierdoor zien dat je nauw betrokken bent bij het gesprek en dat je wilt weten of je goed hebt begrepen wat er is gezegd.
• Onderbouw de keuzes die je maakt en geef daarom de feiten weer. Dit is het belangrijkste van allemaal. Je moet er geen informatie bij verzinnen, het gaat namelijk om de feiten, die krijg je inzichtelijk als je de juiste vragen stelt.
• Vermijd je eigen mening en gevoelens, het gaat om de feiten en van daaruit oordeel je en neem je beslissingen. De onderbouwing van jouw oordeel en/of beslissing is een belangrijk aspect, want het gaat er om dat je laat zien dat je beslissingen kunt nemen aan de hand van de door jou verzamelde informatie. 
• Laat zien dat je met weinig informatie toch een probleem op kunt lossen door in gesprek te gaan met de daarvoor aangewezen persoon. Stel de juiste vragen en je komt nog meer feiten te weten om het probleem op te lossen.

Tips fact finding

• Bekijk de informatie van meerdere kanten: Analyseren is hierbij erg belangrijk. Bekijk alle informatie die je krijgt vanuit meerdere invalshoeken. Hierdoor krijg je ook bepaalde inzichten en leer je breder te kijken. 
• Iemand vertelt je iets, maar geef dan niet direct je oordeel. Het is goed om de situatie eerst helemaal uit te horen, vraag door bij alles wat er wordt gezegd. Het gaat daarbij over de feiten en over de beleving van de persoon. Je hebt namelijk al snel de neiging om een oordeel te vormen (belangrijk in je dagelijkse leven om dat NIET te doen) en informatie erbij te bedenken (verzinnen). Dit is niet goed, het gaat namelijk om de feiten, oefen dit in de praktijk.
• Door de opdracht voor te bereiden zorg je ervoor dat je vaardiger wordt en weet hoe je om moet gaan met de situatie. Zorg dat je buiten je eigen referentiekader kunt denken en gebruik niet je persoonlijke voorkeur. Het gaat om de feiten die je hebt gekregen en daar moet je het mee doen.
• Leer de juiste vragen te stellen. Door de antwoorden kun je namelijk belangrijke informatie verzamelen en deze gebruiken om een besluit te nemen.

Nog meer fact finding oefenen

Wil je nog meer  fact finding oefenen? Doe dan de assessment training. Met de assessment training kun je tegen een vergoeding levenslang veel gebruikte onderdelen van een IQ test onbeperkt oefenen. Op die manier zorg je er voor dat je beter presteert op een assessment en je zult hoger scoren voor een IQ test en de andere onderdelen. Bekijk hieronder onze trainingspakketetn.